We zijn weliswaar alweer een week in Nederland, maar hierbij toch nog een korte impressie van ons weekje op Barbados. Barbados is maar een klein eilandje, maar erg ontwikkeld en volledig gericht op het toerisme. Een en al grote, luxe hotels en all-inclusive resorts langs de kust. Op zich ook niet vreemd met al die prachtige witte stranden en helder blauwe zee. Het is allemaal wel stijlvol en chique. Verder ademt Barbados nog een beetje de oude Engelse sfeer, er zijn nog oude landhuizen die je kunt bezoeken en ook het landschap doet af en toe Brits aan.
Wij hadden een mooi appartement aan zee, aan de Caribische kant, waar de zee veel rustiger is dan aan de Atlantische kant en je dus ook gewoon kunt zwemmen.
We hebben enkele uitstapjes gemaakt, o.a. naar de Barbados Wildlife Reserve, een prachtige dierentuin met als hoogtepunt een groep Green Monkeys.
Ook zijn we naar St. Nicholas Abbey geweest, een oude suikerriet plantage waar nog steeds rum wordt geproduceerd.
Verder hebben we veel gezwommen en gesnorkeld in de prachtig blauwe zee. Het hoogtepunt was zwemmen en snorkelen tussen de Hawksbill Turtles (zeeschildpadden). Echt een geweldige ervaring!
Barbados is een geweldig mooi, relaxed en luxe vakantie-eiland!
Zondag 16 oktober zijn we uit Barbados vertrokken om via Londen terug te vliegen naar Amsterdam. Helaas bleek er na het opstijgen een technisch probleem aan het vliegtuig te zijn, waardoor we een tussenlanding moesten maken op de Azoren. Daar moesten we zo’n 4 uur wachten op het volgende toestel, waarna we onze reis konden vervolgens. Uiteindelijk zijn we met ruim 7 uur vertraging op maandag 17 oktober weer aangekomen in Amsterdam. Heerlijk om weer terug te zijn!
maandag 24 oktober 2011
vrijdag 14 oktober 2011
Caribische vakantie II: Tobago
Het tweede eiland dat we hoppen is Tobago. Hoewel Trinidad en Tobago samen één land vormen, zijn het twee heel verschillende eilanden. Tobago is een stuk kleiner, en veel meer gericht op toerisme vanwege de vele prachtige baaien en stranden en de schitterende onderwaterwereld.
Na een extreem woelige overtocht met de ferry kwamen we half misselijk aan bij ons hotel Kariwak op Crown Point. Dit is het gedeelte van het eiland waar de mooiste stranden zich bevinden, zoals Pigeon Point en Store Bay.
De eerste dag zijn we gaan zwemmen en snorkelen op Pigeon Point. Vlak aan het strand kun je hier al schitterend koraal en vele prachtige tropische vissen en andere zeedieren zoals kreeften zien. Pepijn moest nog steeds erg wennen aan de zee en het strand, maar na een tijdje zat hij wel een beetje te spelen in het zand. Uiteindelijk vond hij het zwembad bij het hotel toch vele malen leuker!
De volgende dag hebben we het hele eiland per auto verkend. Het eiland is hemelsbreed maar 42 km lang, maar door de steile en bochtige wegen heb je toch wel een dag nodig om het eiland rond te rijden. Onderweg kwamen we langs mooie dorpjes, baaien, steile kliffen en zelfs een stuk tropisch regenwoud. Ook hebben we veel pelikanen gezien, heel leuk.
De dag daarna zijn we met een glazen bodem boot naar het meest bekende koraal gebied van Tobago gevaren: Buccoo Reef (dé toeristische attractie, dus volgepropte boten!). We gingen naar Coral Garden, waar we konden snorkelen en naar de Nylon Pool, waar je 10 jaar jonger wordt als je erin zwemt.
De laatste dag hebben we een trip gemaakt naar Little Tobago, een klein eilandje naast Tobago, waar vele (zee)vogels te zien zijn. We liepen door het regenwoud, waar ook opvallend veel cactussen groeien. Onderweg prachtige uitzichten op de Atlantische Oceaan. Na afloop konden we wederom snorkelen bij het grootste “brain coral” ter wereld met op de achtergrond het huis van auteur Ian Flemming.
De volgende dag gingen we vroeg met de ferry terug naar Trinidad (dit keer een heerlijk rustige overtocht), en hebben we de dag gespendeerd in Port-of-Spain. ’s Middags vertrokken we in een mini-vliegtuig naar onze volgende bestemming…..
Na een extreem woelige overtocht met de ferry kwamen we half misselijk aan bij ons hotel Kariwak op Crown Point. Dit is het gedeelte van het eiland waar de mooiste stranden zich bevinden, zoals Pigeon Point en Store Bay.
De eerste dag zijn we gaan zwemmen en snorkelen op Pigeon Point. Vlak aan het strand kun je hier al schitterend koraal en vele prachtige tropische vissen en andere zeedieren zoals kreeften zien. Pepijn moest nog steeds erg wennen aan de zee en het strand, maar na een tijdje zat hij wel een beetje te spelen in het zand. Uiteindelijk vond hij het zwembad bij het hotel toch vele malen leuker!
De volgende dag hebben we het hele eiland per auto verkend. Het eiland is hemelsbreed maar 42 km lang, maar door de steile en bochtige wegen heb je toch wel een dag nodig om het eiland rond te rijden. Onderweg kwamen we langs mooie dorpjes, baaien, steile kliffen en zelfs een stuk tropisch regenwoud. Ook hebben we veel pelikanen gezien, heel leuk.
De dag daarna zijn we met een glazen bodem boot naar het meest bekende koraal gebied van Tobago gevaren: Buccoo Reef (dé toeristische attractie, dus volgepropte boten!). We gingen naar Coral Garden, waar we konden snorkelen en naar de Nylon Pool, waar je 10 jaar jonger wordt als je erin zwemt.
De laatste dag hebben we een trip gemaakt naar Little Tobago, een klein eilandje naast Tobago, waar vele (zee)vogels te zien zijn. We liepen door het regenwoud, waar ook opvallend veel cactussen groeien. Onderweg prachtige uitzichten op de Atlantische Oceaan. Na afloop konden we wederom snorkelen bij het grootste “brain coral” ter wereld met op de achtergrond het huis van auteur Ian Flemming.
De volgende dag gingen we vroeg met de ferry terug naar Trinidad (dit keer een heerlijk rustige overtocht), en hebben we de dag gespendeerd in Port-of-Spain. ’s Middags vertrokken we in een mini-vliegtuig naar onze volgende bestemming…..
donderdag 6 oktober 2011
Caribische vakantie I: Trinidad
Afgelopen zondag zijn we in het holst van de nacht in Paramaribo vertrokken voor onze reis naar Trinidad. Onze vlucht was om 6:15u, we moesten om 3:15u op Zanderij zijn, dus om 2:30u vertrekken van de Andirastraat. Vaarwel Paramaribo!
Trinidad lijkt op het eerste gezicht redelijk ontwikkeld, maar ziet er bij nader inzien nog brakker uit dan Suriname, zoals de meeste huizen en auto’s. Veel mensen hangen de hele dag een beetje laveloos (dronken, stoned, relaxed?) voor zich uit te gapen. En je ziet opvallend veel rastafari’s. Wel heeft Trinidad een mooie kust, veelal berg-/rotsachtig met prachtige baaien met strandjes omgeven door palmbomen. Ver van de bewoonde wereld (de grote steden) vonden wij in het dorpje Grande Riviere in het noordoosten van Trinidad een schitterend hotel Acajou, een oase van rust midden in de natuur. Het vissersdorpje ligt aan alweer zo’n prachtige baai met een schitterend strand, waar van maart t/m augustus de grote zeeschildpadden (lederschildpadden) hun eieren leggen. Werkelijk een schitterende plek om een paar dagen te vertoeven.
Lekker naar het strand en zwemmen in de zee! Pepijn vond het helemaal niets: zand tussen zijn tenen en aan zijn handen (bah!) en dan nog zwemmen in dat zoute water (bah) met golven die over je heen slaan (tja, de zee was inderdaad best wild daar). Hij zal wel even moeten wennen, dus op Tobago nog maar eens proberen.....
Trinidad lijkt op het eerste gezicht redelijk ontwikkeld, maar ziet er bij nader inzien nog brakker uit dan Suriname, zoals de meeste huizen en auto’s. Veel mensen hangen de hele dag een beetje laveloos (dronken, stoned, relaxed?) voor zich uit te gapen. En je ziet opvallend veel rastafari’s. Wel heeft Trinidad een mooie kust, veelal berg-/rotsachtig met prachtige baaien met strandjes omgeven door palmbomen. Ver van de bewoonde wereld (de grote steden) vonden wij in het dorpje Grande Riviere in het noordoosten van Trinidad een schitterend hotel Acajou, een oase van rust midden in de natuur. Het vissersdorpje ligt aan alweer zo’n prachtige baai met een schitterend strand, waar van maart t/m augustus de grote zeeschildpadden (lederschildpadden) hun eieren leggen. Werkelijk een schitterende plek om een paar dagen te vertoeven.
Lekker naar het strand en zwemmen in de zee! Pepijn vond het helemaal niets: zand tussen zijn tenen en aan zijn handen (bah!) en dan nog zwemmen in dat zoute water (bah) met golven die over je heen slaan (tja, de zee was inderdaad best wild daar). Hij zal wel even moeten wennen, dus op Tobago nog maar eens proberen.....
woensdag 28 september 2011
Danpaati
Ons laatste tripje in Suriname was een lang weekend naar Danpaati River Lodge in Boven-Suriname. Danpaati is een eco-resort op een eilandje in de Suriname rivier, maar het ademt de sfeer van een Marron dorp. Danpaati is eigendom van 12 omliggende Saramaccaanse dorpen, en wordt voor een groot deel gerund door de dorpsbewoners (Marrons, ofwel nakomelingen van gevluchte slaven). De opbrengsten komen ten goede aan diverse zorgprojecten in de dorpen, zoals ouderenzorg en kinderopvang.
Voor het eerst gingen we met een klein vliegtuigje. We vlogen vanaf vliegveld Zorg&Hoop in Paramaribo naar Botopasi in Boven-Suriname. Vanaf daar is het nog 15 minuten varen naar Danpaati. De vlucht zelf is al een hele belevenis. Pepijn vond het zo spannend dat hij amper durfde te bewegen, en op een gegeven moment viel hij in slaap. Het uitzicht van boven is prachtig, op de jungle, het stuwmeer, de rivieren en de bergen. Ook kun je goed zien dat het bos inmiddels op veel plaatsen heeft moeten wijken voor de goudwinning. Op de terugweg hadden we zo’n klein vliegtuigje dat Paul zelfs in de cockpit naast de piloot moest zitten. Daarachter waren precies twee stoelen: één voor Linda en Pepijn en één voor een vrouw met twee kleine kinderen.
Op Danpaati zelf was het prachtig en relaxed. We hadden een afgelegen cabin met uitzicht op de rivier met rotsen en stroomversnellingen. Er is een strandje waar je lekker kunt zwemmen. En verder kun je lekker genieten van al het heerlijke eten en drinken. Uiteraard kun je ook uitstapjes maken vanaf Danpaati.
We hebben het Marron Museum in Pikin Slee (één van de 12 dorpjes) bezocht. Dit museum is opgezet door de lokale Marron bevolking, om hun cultuur, tradities en kunst te tonen en te behouden. Het is een interessant museum in een bijzonder mooi gebouw.
Ook zijn we gaan zwemmen in de Bihati soela, een stroomversnelling in de Suriname rivier. Een leuke en relaxte ervaring, je eigen bubbelbad in de rivier. Lekker samen met z’n drieën verse pompelmoes eten in de rivier. Pepijn vond het allemaal prachtig.
Daarna nog een traditionele massage en het feest was compleet.
Voor de foto's:
https://picasaweb.google.com/PMAvanHaaren/Danpaati?authuser=0&authkey=Gv1sRgCMbIv8mg3OOH-QE&feat=directlink
Voor het eerst gingen we met een klein vliegtuigje. We vlogen vanaf vliegveld Zorg&Hoop in Paramaribo naar Botopasi in Boven-Suriname. Vanaf daar is het nog 15 minuten varen naar Danpaati. De vlucht zelf is al een hele belevenis. Pepijn vond het zo spannend dat hij amper durfde te bewegen, en op een gegeven moment viel hij in slaap. Het uitzicht van boven is prachtig, op de jungle, het stuwmeer, de rivieren en de bergen. Ook kun je goed zien dat het bos inmiddels op veel plaatsen heeft moeten wijken voor de goudwinning. Op de terugweg hadden we zo’n klein vliegtuigje dat Paul zelfs in de cockpit naast de piloot moest zitten. Daarachter waren precies twee stoelen: één voor Linda en Pepijn en één voor een vrouw met twee kleine kinderen.
Op Danpaati zelf was het prachtig en relaxed. We hadden een afgelegen cabin met uitzicht op de rivier met rotsen en stroomversnellingen. Er is een strandje waar je lekker kunt zwemmen. En verder kun je lekker genieten van al het heerlijke eten en drinken. Uiteraard kun je ook uitstapjes maken vanaf Danpaati.
We hebben het Marron Museum in Pikin Slee (één van de 12 dorpjes) bezocht. Dit museum is opgezet door de lokale Marron bevolking, om hun cultuur, tradities en kunst te tonen en te behouden. Het is een interessant museum in een bijzonder mooi gebouw.
Ook zijn we gaan zwemmen in de Bihati soela, een stroomversnelling in de Suriname rivier. Een leuke en relaxte ervaring, je eigen bubbelbad in de rivier. Lekker samen met z’n drieën verse pompelmoes eten in de rivier. Pepijn vond het allemaal prachtig.
Daarna nog een traditionele massage en het feest was compleet.
Voor de foto's:
https://picasaweb.google.com/PMAvanHaaren/Danpaati?authuser=0&authkey=Gv1sRgCMbIv8mg3OOH-QE&feat=directlink
maandag 5 september 2011
Bigi Bergi: the end
Afgelopen weekend was het weer zover: de Bigi Bergi Wielertour, de grootste internationale wielerwedstrijd in Suriname. Vorig jaar was het mijn eerste wielerwedstrijd in Suriname, dit jaar zou het mijn laatste worden. Net als vorig jaar bestaat de tour uit 4 etappes in 2 dagen: 1e etappe 75km (Paranam-Brownsweg), 2e etappe 105km (Brownsweg-Paranam), 3e etappe 10km tijdrit (Paramaribo), 4e etappe 90km (Paramaribo). Vorig jaar reed ik alleen de laatste etappe, dit jaar zou ik samen met mijn teamgenoten Dimitri, Etienne en Lesley van Team De Triatleet alle 4 etappes rijden. Het vooruitzicht was dat het een zwaar weekend zou worden, maar wel een indrukwekkende ervaring. Helaas liep het voor mij allemaal anders dan gepland………
De wedstijd was dit jaar een stuk grootser dan vorig jaar, met deelnemers uit Aruba, Curacao, Guyana, Frans-Guyana, Nederland, Frankrijk en -uiteraard- Suriname. In totaal gingen er zaterdagochtend ruim 70 wielrenners van start in Paranam voor de eerste etappe van 75 km naar Brownsweg. Een indrukwekkend gezicht, echt een heel grote wedstrijd voor Suriname en heel anders voor ons wielrenners om eens in zo’n groot peloton te rijden dan de gebruikelijke 15-20 mensen. Op twee slechte stukken na (onverhard, dus veel lekke banden) was de weg goed, maar best pittig. Er zijn ontzettend veel bergjes / heuvels (vandaar de naam Bigi Bergi = Grote Berg), wat het met een gemiddelde snelheid van ruim boven de 40 km/u behoorlijk zwaar maakte. Gelukkig kon ik goed in het peloton blijven.
Ongeveer twee kilometer voor de finish gebeurde het echter: ik reed aan de linkerkant van de weg, de jongen naast me kwam opzij en raakte mijn stuur, waardoor ik van de steile wegkant afraakte in de berm terecht kwam en onmiddellijk hard ten val kwam op de weg en de bauxiet berm. Het ging zo snel dat ik niet meer precies weet wat er allemaal gebeurde. Mijn fiets was flink beschadigd, ik had zelf veel schaafwonden en een kapotte knie en elleboog.
Gelukkig was de EHBO snel ter plaatse om mij te verzorgen. Mijn wonden werden schoongemaakt en verbonden. Mijn linker elleboog was zo dik, dat men bang was dat er iets gebroken was. Ik moest meteen terug naar de stad (Paramaribo) naar de spoedeisende hulp van het academisch ziekenhuis voor controle en röntgenfoto’s. Gelukkig bleek er niets gebroken te zijn. Inmiddels was de elleboog en de knie wel enorm dik en pijnlijk en heb ik ze veel gekoeld tegen de zwellingen. Gelukkig gaat het inmiddels alweer eens stuk beter, en de wonden helen ook goed.
Jammer genoeg zat de wedstrijd er voor mij natuurlijk wel op. Erg jammer dat het zo moest eindigen in mijn laatste wedstrijd in Suriname. Maar ja, ook daarmee kom je in de krant en op televisie……….
De wedstijd was dit jaar een stuk grootser dan vorig jaar, met deelnemers uit Aruba, Curacao, Guyana, Frans-Guyana, Nederland, Frankrijk en -uiteraard- Suriname. In totaal gingen er zaterdagochtend ruim 70 wielrenners van start in Paranam voor de eerste etappe van 75 km naar Brownsweg. Een indrukwekkend gezicht, echt een heel grote wedstrijd voor Suriname en heel anders voor ons wielrenners om eens in zo’n groot peloton te rijden dan de gebruikelijke 15-20 mensen. Op twee slechte stukken na (onverhard, dus veel lekke banden) was de weg goed, maar best pittig. Er zijn ontzettend veel bergjes / heuvels (vandaar de naam Bigi Bergi = Grote Berg), wat het met een gemiddelde snelheid van ruim boven de 40 km/u behoorlijk zwaar maakte. Gelukkig kon ik goed in het peloton blijven.
Ongeveer twee kilometer voor de finish gebeurde het echter: ik reed aan de linkerkant van de weg, de jongen naast me kwam opzij en raakte mijn stuur, waardoor ik van de steile wegkant afraakte in de berm terecht kwam en onmiddellijk hard ten val kwam op de weg en de bauxiet berm. Het ging zo snel dat ik niet meer precies weet wat er allemaal gebeurde. Mijn fiets was flink beschadigd, ik had zelf veel schaafwonden en een kapotte knie en elleboog.
Gelukkig was de EHBO snel ter plaatse om mij te verzorgen. Mijn wonden werden schoongemaakt en verbonden. Mijn linker elleboog was zo dik, dat men bang was dat er iets gebroken was. Ik moest meteen terug naar de stad (Paramaribo) naar de spoedeisende hulp van het academisch ziekenhuis voor controle en röntgenfoto’s. Gelukkig bleek er niets gebroken te zijn. Inmiddels was de elleboog en de knie wel enorm dik en pijnlijk en heb ik ze veel gekoeld tegen de zwellingen. Gelukkig gaat het inmiddels alweer eens stuk beter, en de wonden helen ook goed.
Jammer genoeg zat de wedstrijd er voor mij natuurlijk wel op. Erg jammer dat het zo moest eindigen in mijn laatste wedstrijd in Suriname. Maar ja, ook daarmee kom je in de krant en op televisie……….
donderdag 25 augustus 2011
Kunstdistrict Marowijne
Het stond al een tijd op mijn (Linda’s) verlanglijstje en twee weken geleden is het er eindelijk van gekomen: een 2-daagse trip naar de Cottica rivier. Voor mijn werk mocht ik mee onder voorwaarde dat ik er een artikel over zou schrijven voor de krant. Dat liet ik me geen twee keer zeggen. Natuurlijk!
De trip naar de Cottica rivier draait om kunst en de Aucaanse cultuur. Kunstenaar Ken Doorson nam mij en nog vier geïnteresseerden mee naar zijn geboortegrond.
Na een lange autorit gaan we eerst met een korjaal varen over de diepste rivier van Suriname: de Cottica rivier. Het water is vaak spiegelglad en leek soms wel zwart. Het levert prachtige spiegelingen op. Aan de rivier liggen verschillende Aucaanse dorpen. De mensen die daar wonen stammen af van de slaven die vroeger zijn weggelopen van de plantages in Commewijne. We bezoeken als eerste Pikin Santi, een uitgestrekt dorp gebouwd op savannezand. Aan de oever worden we welkom geheten door de basja. Na de lunch (cassave met zoute vis, bereid door één van de vrouwen van het dorp) wandelen we door het dorp. Het oogt op veel plaatsen verlaten. Alle vrouwen zitten centraal bij elkaar en de kinderen rennen rond. De wandeling eindigt bij de oever van de rivier waar we een verfrissende duik nemen in het donkere water.
Vervolgens varen we naar het Rooms-katholieke dorp Tamarin. Hier staat nog een mooi maar vervallen internaat uit de jaren 20. We ontmoeten de bewoners, die ons zeer hartelijk ontvangen. De dorpsoudste vertelt veel verhalen en vindt het jammer dat we weer weggaan. We gaan weer verder naar Moengo. Als we daar eind van de middag aankomen zien we jongens en meisjes verspringen en speerwerpen. Op de achtergrond horen we een brassband. Ken vertelt dat dit de brassband van Tembe Art Studio is (lees meer over deze kunstschool voor de jeugd op de website van TAS, het is een mooi initiatief.). De jongens en meisjes zijn druk aan het repeteren. Het plezier straalt er vanaf. Iets verderop is kunstenaar Ravi Rajcoomar de laatste hand aan het leggen aan een kunstwerk: een verzameling van torenhoge vlaggen.
De volgende dag bezoeken we het Moiwana monument, dat kunstenaar Marcel Pinas heeft gemaakt ter nagedachtenis van de slachting in het dorp Moiwana tijdens de binnenlandse oorlog in de jaren 80. Indrukwekkend, zeker als je ook nog de littekens op de weg ziet toen deze opengereten was om te voorkomen dat tankwagens erdoor konden.
Vervolgens gaan we naar het atelier van houtsnijwerk kunstenaar Oscar Adogo. Hij maakt prachtige sculpturen van hout die hij in de natuur vindt. Bij hem volgen we een workshop sieraden maken. Ruim twee uur zitten we te werken met stukken kokosnoot, verschillende soorten zaden, hout en kralen.
’s Middags rijden we langs de installaties die staan in het Marowijne Art Park in Moengo: een reusachtige Mickey Mouse van Wouter Klein Velderman, vijf billboards van Sheena Rose, een metalen boom van Jakup Ferri en de dag daarvoor nog langs een installatie van aluminium van Charl Landvreugd. Als laatste stoppen we bij de installatie ‘Faaka Tiki’ van Marcel Pinas, een veld vol dunne beschilderde boomstammen. We mogen hier ter afsluiting van de trip onze eigen Faaka Tiki maken. Wat een geweldige trip was dit!
De trip naar de Cottica rivier draait om kunst en de Aucaanse cultuur. Kunstenaar Ken Doorson nam mij en nog vier geïnteresseerden mee naar zijn geboortegrond.
Na een lange autorit gaan we eerst met een korjaal varen over de diepste rivier van Suriname: de Cottica rivier. Het water is vaak spiegelglad en leek soms wel zwart. Het levert prachtige spiegelingen op. Aan de rivier liggen verschillende Aucaanse dorpen. De mensen die daar wonen stammen af van de slaven die vroeger zijn weggelopen van de plantages in Commewijne. We bezoeken als eerste Pikin Santi, een uitgestrekt dorp gebouwd op savannezand. Aan de oever worden we welkom geheten door de basja. Na de lunch (cassave met zoute vis, bereid door één van de vrouwen van het dorp) wandelen we door het dorp. Het oogt op veel plaatsen verlaten. Alle vrouwen zitten centraal bij elkaar en de kinderen rennen rond. De wandeling eindigt bij de oever van de rivier waar we een verfrissende duik nemen in het donkere water.
Vervolgens varen we naar het Rooms-katholieke dorp Tamarin. Hier staat nog een mooi maar vervallen internaat uit de jaren 20. We ontmoeten de bewoners, die ons zeer hartelijk ontvangen. De dorpsoudste vertelt veel verhalen en vindt het jammer dat we weer weggaan. We gaan weer verder naar Moengo. Als we daar eind van de middag aankomen zien we jongens en meisjes verspringen en speerwerpen. Op de achtergrond horen we een brassband. Ken vertelt dat dit de brassband van Tembe Art Studio is (lees meer over deze kunstschool voor de jeugd op de website van TAS, het is een mooi initiatief.). De jongens en meisjes zijn druk aan het repeteren. Het plezier straalt er vanaf. Iets verderop is kunstenaar Ravi Rajcoomar de laatste hand aan het leggen aan een kunstwerk: een verzameling van torenhoge vlaggen.
De volgende dag bezoeken we het Moiwana monument, dat kunstenaar Marcel Pinas heeft gemaakt ter nagedachtenis van de slachting in het dorp Moiwana tijdens de binnenlandse oorlog in de jaren 80. Indrukwekkend, zeker als je ook nog de littekens op de weg ziet toen deze opengereten was om te voorkomen dat tankwagens erdoor konden.
Vervolgens gaan we naar het atelier van houtsnijwerk kunstenaar Oscar Adogo. Hij maakt prachtige sculpturen van hout die hij in de natuur vindt. Bij hem volgen we een workshop sieraden maken. Ruim twee uur zitten we te werken met stukken kokosnoot, verschillende soorten zaden, hout en kralen.
’s Middags rijden we langs de installaties die staan in het Marowijne Art Park in Moengo: een reusachtige Mickey Mouse van Wouter Klein Velderman, vijf billboards van Sheena Rose, een metalen boom van Jakup Ferri en de dag daarvoor nog langs een installatie van aluminium van Charl Landvreugd. Als laatste stoppen we bij de installatie ‘Faaka Tiki’ van Marcel Pinas, een veld vol dunne beschilderde boomstammen. We mogen hier ter afsluiting van de trip onze eigen Faaka Tiki maken. Wat een geweldige trip was dit!
donderdag 7 juli 2011
De Prestatie
Ik heb het volbracht! Ik ben niet verzopen en ik leef nog, maar vraag niet hoe.
De 18km lange Zwemmarathon was echt enorm zwaar, zowel lichamelijk als geestelijk. Maar ik heb het gehaald, en dat is al een prestatie om trots op te zijn. Uiteindelijk heb ik er precies 3:20 u over gezwommen, goed voor een 2e plaats in de categorie 35-44 jaar!
(ter indicatie: de winnaar deed er 2:28:11 over!)
Start van de zwemmarathon vanaf het ponton in de rivier bij Domburg.
We vertrokken rond 6:45 u vanaf zwembad Parima met bussen richting Domburg, waar we ons om 7:30 u moesten aanmelden. Daar werden de deelnemers (89 in totaal, waarvan er uiteindelijk 82 zijn gefinished) één voor één opgeroepen, voorzien van het startnummer op de bovenarmen, handen en badmuts, en vervolgens ingesmeerd met zonnebrandcreme en vaseline om je te beschermen tegen de zon en het water. Tegen 9:00 u verzamelden alle zwemmers zich onder luid gejuich van het massaal toegestroomde publiek op een ponton, dat naar het midden van de rivier werd gevaren.
Om precies 9:00 u sprongen we vanaf het ponton in het water, waarna je meteen werd meegenomen door de stroming. Het was al best lastig om bij het ponton weg te zwemmen. Na de start is het zaak om in je slag te komen en rustig met de stroom mee te zwemmen.
Het eerste stuk is eigenlijk behoorlijk saai. Je ziet niet veel om je heen, af en toe is er een andere zwemmer in de buurt en de brug kun je nog niet heel goed zien. Het is dus nog een beetje lastig om goed te koersen en je volgt dus maar de andere zwemmers of gewoon de stroming van de rivier.
Onderweg zijn er zo’n 40 bootjes van de organisatie om de zwemmers in de gaten te houden en van drank (water en stroop) en glucosetabletten te voorzien (je mag de bootjes echter nooit aanraken, het drinken wordt dus in zakjes naar de zwemmers toe gegooid). Het is belangrijk om voldoende te blijven drinken om geen kramp te krijgen tijdens het zwemmen.
De deelnemers zwemmen richting de Jules Wijdenboschbrug (Bosjebrug).
De eerste 2:20 u zwemmen ging eigenlijk best wel goed. Ik had vrij rustig gezwommen, kon lange tijd achter een andere zwemmer aanzwemmen, en ben af en toe gestopt om wat te eten en te drinken. Ik had de brug al goed in zicht (ik schat nog zo’n 1 km), dus ik wist waar ik naartoe moest koersen.
Daarna begon het echt zwaar te worden en had ik het gevoel dat ik nauwelijks meer vooruit kwam. Ik denk dat ik in een slechtere stroming terecht ben gekomen en soms had ik het gevoel dat ik in stroop in plaats van water aan het zwemmen was. Langzamerhand begon alles pijn te doen, mijn benen en voeten, armen en schouders, nek, rug, etc, en ik zat regelmatig dicht tegen de kramp aan. De badmuts op je hoofd en de zwembril op je ogen beginnen ook langzamerhand flink te irriteren.
Uiteindelijk ging ik na 2:53 u onder de Bosjebrug door.
Na de brug wordt het pas echt lastig, aangezien de stroming daar nog sterker wordt en je naar de zijkant van de rivier drukt. Ook maakt de rivier daar een scherpe bocht en bovendien moet je om het wrak van de Goslar heen zwemmen. Het is dus extra belangrijk om de goede koers te houden, anders bereik je de finish bij de Marinetrap aan de Waterkant niet.
Na 3:20 bereikte ik zwaar uitgeput, zowel lichamelijk als geestelijk, de finish bij de Marinetrap. Daar wordt je door twee lifeguards uit het water geholpen en begeleid om de trap op te lopen (na > 3 uur zwemmen kun je zelf bijna niet meer op je benen staan). Je wordt overgedragen aan het EHBO-team die de zwemmers onderzoeken en de ogen druppelen. Gelukkig kregen we ook meteen drinken, soep en een warme maaltijd om aan te sterken. De gehele organisatie van het evenement was perfect geregeld door hoofdsponsor Staatsolie in samenwerking met de Surinaamse Zwembond. Zowel voor, tijdens als na de race was alles heel goed geregeld voor de zwemmers.
Zwaar uitgeput bereik ik de finish bij de marinetrap.
Het is een onvergetelijk evenement om aan deel te nemen, en ik ben er trots op dat ik het heb volbracht. Maar zo lang zwemmen is toch echt wel heel extreem, en ik denk echt dat ik dit nooit meer doe.....!
Voor een mooie fotoreportage van de zwemmarathon:
http://www.facebook.com/media/set/?set=a.244799228864863.72024.213551235322996#!/media/set/?set=a.244799228864863.72024.213551235322996&closeTheater=1
De 18km lange Zwemmarathon was echt enorm zwaar, zowel lichamelijk als geestelijk. Maar ik heb het gehaald, en dat is al een prestatie om trots op te zijn. Uiteindelijk heb ik er precies 3:20 u over gezwommen, goed voor een 2e plaats in de categorie 35-44 jaar!
(ter indicatie: de winnaar deed er 2:28:11 over!)
Start van de zwemmarathon vanaf het ponton in de rivier bij Domburg.
We vertrokken rond 6:45 u vanaf zwembad Parima met bussen richting Domburg, waar we ons om 7:30 u moesten aanmelden. Daar werden de deelnemers (89 in totaal, waarvan er uiteindelijk 82 zijn gefinished) één voor één opgeroepen, voorzien van het startnummer op de bovenarmen, handen en badmuts, en vervolgens ingesmeerd met zonnebrandcreme en vaseline om je te beschermen tegen de zon en het water. Tegen 9:00 u verzamelden alle zwemmers zich onder luid gejuich van het massaal toegestroomde publiek op een ponton, dat naar het midden van de rivier werd gevaren.
Om precies 9:00 u sprongen we vanaf het ponton in het water, waarna je meteen werd meegenomen door de stroming. Het was al best lastig om bij het ponton weg te zwemmen. Na de start is het zaak om in je slag te komen en rustig met de stroom mee te zwemmen.
Het eerste stuk is eigenlijk behoorlijk saai. Je ziet niet veel om je heen, af en toe is er een andere zwemmer in de buurt en de brug kun je nog niet heel goed zien. Het is dus nog een beetje lastig om goed te koersen en je volgt dus maar de andere zwemmers of gewoon de stroming van de rivier.
Onderweg zijn er zo’n 40 bootjes van de organisatie om de zwemmers in de gaten te houden en van drank (water en stroop) en glucosetabletten te voorzien (je mag de bootjes echter nooit aanraken, het drinken wordt dus in zakjes naar de zwemmers toe gegooid). Het is belangrijk om voldoende te blijven drinken om geen kramp te krijgen tijdens het zwemmen.
De deelnemers zwemmen richting de Jules Wijdenboschbrug (Bosjebrug).
De eerste 2:20 u zwemmen ging eigenlijk best wel goed. Ik had vrij rustig gezwommen, kon lange tijd achter een andere zwemmer aanzwemmen, en ben af en toe gestopt om wat te eten en te drinken. Ik had de brug al goed in zicht (ik schat nog zo’n 1 km), dus ik wist waar ik naartoe moest koersen.
Daarna begon het echt zwaar te worden en had ik het gevoel dat ik nauwelijks meer vooruit kwam. Ik denk dat ik in een slechtere stroming terecht ben gekomen en soms had ik het gevoel dat ik in stroop in plaats van water aan het zwemmen was. Langzamerhand begon alles pijn te doen, mijn benen en voeten, armen en schouders, nek, rug, etc, en ik zat regelmatig dicht tegen de kramp aan. De badmuts op je hoofd en de zwembril op je ogen beginnen ook langzamerhand flink te irriteren.
Uiteindelijk ging ik na 2:53 u onder de Bosjebrug door.
Na de brug wordt het pas echt lastig, aangezien de stroming daar nog sterker wordt en je naar de zijkant van de rivier drukt. Ook maakt de rivier daar een scherpe bocht en bovendien moet je om het wrak van de Goslar heen zwemmen. Het is dus extra belangrijk om de goede koers te houden, anders bereik je de finish bij de Marinetrap aan de Waterkant niet.
Na 3:20 bereikte ik zwaar uitgeput, zowel lichamelijk als geestelijk, de finish bij de Marinetrap. Daar wordt je door twee lifeguards uit het water geholpen en begeleid om de trap op te lopen (na > 3 uur zwemmen kun je zelf bijna niet meer op je benen staan). Je wordt overgedragen aan het EHBO-team die de zwemmers onderzoeken en de ogen druppelen. Gelukkig kregen we ook meteen drinken, soep en een warme maaltijd om aan te sterken. De gehele organisatie van het evenement was perfect geregeld door hoofdsponsor Staatsolie in samenwerking met de Surinaamse Zwembond. Zowel voor, tijdens als na de race was alles heel goed geregeld voor de zwemmers.
Zwaar uitgeput bereik ik de finish bij de marinetrap.
Het is een onvergetelijk evenement om aan deel te nemen, en ik ben er trots op dat ik het heb volbracht. Maar zo lang zwemmen is toch echt wel heel extreem, en ik denk echt dat ik dit nooit meer doe.....!
Voor een mooie fotoreportage van de zwemmarathon:
http://www.facebook.com/media/set/?set=a.244799228864863.72024.213551235322996#!/media/set/?set=a.244799228864863.72024.213551235322996&closeTheater=1
woensdag 29 juni 2011
De Uitdaging
Route Zwemmarathon
Paul heeft weer een nieuwe sportieve uitdaging gevonden in Suriname: deelname aan de Staatsolie Zwemmarathon, een 18 km lange Open Water wedstrijd in de Suriname Rivier van Domburg naar Paramaribo.
Deze lange afstand zwemwedstrijd wordt gehouden op zondag 3 juli, waarbij men ’s ochtends vroeg bij het plaatsje Domburg vanaf een ponton in de Suriname rivier start, en in Paramaribo bij de marinetrap bij Fort Zeelandia moet finishen. Onderweg zwem je onder de indrukwekkende Jules Wijdenboschbrug (‘Bosjebrug’) door en passeer je de Goslar, het wrak van een Duits koopvaardijschip dat bij Paramaribo in de Suriname rivier ligt. De stroming is vaak heel sterk, vooral in het laatste stuk vanaf de brug, waardoor je goed moet navigeren en manoeuvreren
Bosjebrug & Goslar
Afgelopen zondag moest ik de test marathon van ‘slechts’ 3 km in de Suriname rivier zwemmen (deze test is verplicht voor debutanten). Deze test vond ik wel meevallen, er was die dag niet zoveel stroming, en alle debutanten hebben het gehaald. We zijn dus toegelaten om deel te nemen aan de grote wedstrijd.
Ook heb ik als voorbereiding een aantal keren meegetraind met het Parima Lifeguard Korps in het zwembad Parima, het enige 50 m bad van Suriname. Alsof dat nog niet zwaar genoeg was, moesten we trainen in een lange spijkerbroek en t-shirt om het extra pittig te maken.
Nu maar hopen dat ik er ready voor ben a.s. zondag en dat ik de zwemmarathon kan volbrengen.
maandag 16 mei 2011
Pepijn 1 jaar !
woensdag 20 april 2011
Kamperen in de jungle
Afgelopen weekend zijn we voor het eerst gaan ‘kamperen’ in Suriname, bij Palulu Jungle Resort. Dit is een camping midden in de jungle, iets voorbij de luchthaven in Zanderij.
Op een prachtig savanne-achtig terrein zijn drie kampen gebouwd op traditionele wijze volgens de cultuur van de Trio indianen uit Sipaliwini, het zuiden van Suriname dichtbij Brazilië. In deze kampen kun je overnachten in hangmatten of in een tent: wij hadden een luxe tent compleet met matras, lakens en dekens, Pepijn had zijn eigen baby-tentje. De dekens waren overigens wel nodig, want daar op de savanne koelt het ’s nachts flink af tot wel 14 graden!
De camping ligt aan een prachtige, koude kreek, met het typerende cola-bruine water. Het water krijgt deze kleur door de bladeren en de humusbodem. Daar kun je heerlijk zwemmen midden in de jungle of relaxed aan het water zitten en genieten van het bos en de vele prachtige vlinders.
Het was een heerlijk relaxed weekendje, we hebben genoten van de rust en de ruimte en het lekkere eten dat door Donovan en Iris voor ons werd klaargemaakt. Zelfs de aanwezigheid van een aantal grote vogelspinnen heeft ons plezier niet kunnen bederven.......
Voor foto's van Palulu:
https://picasaweb.google.com/PMAvanHaaren/Palulu?authkey=Gv1sRgCOLtx-7luo64GA&feat=directlink
Op een prachtig savanne-achtig terrein zijn drie kampen gebouwd op traditionele wijze volgens de cultuur van de Trio indianen uit Sipaliwini, het zuiden van Suriname dichtbij Brazilië. In deze kampen kun je overnachten in hangmatten of in een tent: wij hadden een luxe tent compleet met matras, lakens en dekens, Pepijn had zijn eigen baby-tentje. De dekens waren overigens wel nodig, want daar op de savanne koelt het ’s nachts flink af tot wel 14 graden!
De camping ligt aan een prachtige, koude kreek, met het typerende cola-bruine water. Het water krijgt deze kleur door de bladeren en de humusbodem. Daar kun je heerlijk zwemmen midden in de jungle of relaxed aan het water zitten en genieten van het bos en de vele prachtige vlinders.
Het was een heerlijk relaxed weekendje, we hebben genoten van de rust en de ruimte en het lekkere eten dat door Donovan en Iris voor ons werd klaargemaakt. Zelfs de aanwezigheid van een aantal grote vogelspinnen heeft ons plezier niet kunnen bederven.......
Voor foto's van Palulu:
https://picasaweb.google.com/PMAvanHaaren/Palulu?authkey=Gv1sRgCOLtx-7luo64GA&feat=directlink
maandag 4 april 2011
Wat een jongen van 11 maanden allemaal kan en doet……..
Hoi, ik ben Pepijn, en ik ben al bijna 11 maanden oud (op 11 mei word ik een jaar!!). Voor een jongen van 11 maanden heb ik een druk leven, om zoveel mogelijk te leren en te doen. Kijk maar eens wat ik allemaal al kan en wat ik de afgelopen tijd gedaan heb:
Zelf zitten & Kruipen
Zwemmen & Aapjes voeren op Anaula
Carnaval vieren & Naar de verjaardag van Carine
Boekje lezen met mama in de hangmat & Voor het eerst naar de kapper
Op het hobbelpaard & "Zelf eten"
Muziekles op 't kinderdagverblijf & Naar een spiderman-kinderfeestje
Zelf zitten & Kruipen
Zwemmen & Aapjes voeren op Anaula
Carnaval vieren & Naar de verjaardag van Carine
Boekje lezen met mama in de hangmat & Voor het eerst naar de kapper
Op het hobbelpaard & "Zelf eten"
Muziekles op 't kinderdagverblijf & Naar een spiderman-kinderfeestje
donderdag 24 maart 2011
Een gastvrij onthaal in Suriname
Door Toos en Sjef:
Verslagje van ons verblijf bij Paul, Linda en Pepijn in Paramaribo Suriname.
Vrijdag 11 maart kwamen we aan op het vliegveld J.A. Pengel in Zanderij. Paul en Pepijn kwamen ons ophalen om gezamenlijk naar Paramaribo te rijden.
We hebben de afgelopen tijd heel veel en echt van ons kleinkind Pepijn kunnen genieten. Pepijn is een heel tevreden en blij kereltje.
Verder hebben we in Paramaribo een aantal bezienswaardigheden bezocht onder andere de houten kathedraal met de graftombe van Peerke Donders, de Pier aan de Surinamerivier met bezoek aan het minimuseum, mede ingericht door Linda, het Fort Zeelandia, het presidentieel paleis, het Onafhankelijksplein, de Palmentuin met een bezoek aan het eetcafe “Zus & zo”om wat te drinken en een hapje te eten.
Daarna hebben we nog een aantal tripjes gemaakt, zoals de Sunset en Dolfijnentocht (echt een aanrader) en de vaartocht door de Warappakreek, waaraan veel plantages lagen, waarvan de meeste overwoekerd zijn door de natuur en waar heel veel bijzondere vogels te zien zijn.
Vervolgens zijn we 4 dagen de jungle ingetrokken en op het resort Anaula verbleven. Eerst een busrit van ongeveer 4 uren, over een weg, waarvan het laatste stuk bijna onbegaanbaar was en daarna nog bijna een uur in een korjaal (uitgeholde brede boomstam) over het water. Deze trip was echt een kennismaking met het binnenland van Suriname met kleine dorpjes aan het water.
Ook een bezoek aan het Academisch Ziekenhuis van Paramaribo gebracht om kennis te nemen van het pionierswerk van Paul, het dagverblijf van Pepijn en een bezoek aan het werk van Linda. Paul, die een bijdrage levert aan de verbetering van de gezondheidszorg in Suriname door bestralingsvoorzieningen voor kankerpatiënten op te zetten en Linda, die een bijdrage levert aan de verdere toeristische (en economische) ontwikkeling van Suriname. Paul en Linda, wat een voorrecht om dit te mogen doen. Wij zijn apetrots op jullie.
Tot slot hebben we nog een prachtige vlindertuin in Lelydorp bezocht en het Fort Nieuw Amsterdam (tevens een soort openluchtmuseum).
En dan het weer: Ook in Suriname was het weer wat van slag. De temperatuur was rond 32 graden (gevoelstemperatuur rond 36 graden). Bijna iedere dag een fikse stortbui, maar dat heeft ons programma niet verstoord. De luchtvochtigheid bedroeg rond 90 %.
En ook niet te vergeten het vele lekkere eten, wat Paul voor ons heeft klaargemaakt. Het was iedere dag een feest!!
Paul, Linda en Pepijn het is ons aan niets ontbroken. Niets was voor jullie teveel om ons een onvergetelijke verblijf te bezorgen. Wij zijn echt verwend!! Wij zijn jullie daarvoor heel erg dankbaar!!
Vrijdag 25 maart zijn we met een voldaan gevoel weer huiswaarts gegaan.
Laten we zeggen…………….tot ziens !!!
Toos en Sjef,
en oma en opa van Pepijn..
Verslagje van ons verblijf bij Paul, Linda en Pepijn in Paramaribo Suriname.
Vrijdag 11 maart kwamen we aan op het vliegveld J.A. Pengel in Zanderij. Paul en Pepijn kwamen ons ophalen om gezamenlijk naar Paramaribo te rijden.
We hebben de afgelopen tijd heel veel en echt van ons kleinkind Pepijn kunnen genieten. Pepijn is een heel tevreden en blij kereltje.
Verder hebben we in Paramaribo een aantal bezienswaardigheden bezocht onder andere de houten kathedraal met de graftombe van Peerke Donders, de Pier aan de Surinamerivier met bezoek aan het minimuseum, mede ingericht door Linda, het Fort Zeelandia, het presidentieel paleis, het Onafhankelijksplein, de Palmentuin met een bezoek aan het eetcafe “Zus & zo”om wat te drinken en een hapje te eten.
Daarna hebben we nog een aantal tripjes gemaakt, zoals de Sunset en Dolfijnentocht (echt een aanrader) en de vaartocht door de Warappakreek, waaraan veel plantages lagen, waarvan de meeste overwoekerd zijn door de natuur en waar heel veel bijzondere vogels te zien zijn.
Vervolgens zijn we 4 dagen de jungle ingetrokken en op het resort Anaula verbleven. Eerst een busrit van ongeveer 4 uren, over een weg, waarvan het laatste stuk bijna onbegaanbaar was en daarna nog bijna een uur in een korjaal (uitgeholde brede boomstam) over het water. Deze trip was echt een kennismaking met het binnenland van Suriname met kleine dorpjes aan het water.
Ook een bezoek aan het Academisch Ziekenhuis van Paramaribo gebracht om kennis te nemen van het pionierswerk van Paul, het dagverblijf van Pepijn en een bezoek aan het werk van Linda. Paul, die een bijdrage levert aan de verbetering van de gezondheidszorg in Suriname door bestralingsvoorzieningen voor kankerpatiënten op te zetten en Linda, die een bijdrage levert aan de verdere toeristische (en economische) ontwikkeling van Suriname. Paul en Linda, wat een voorrecht om dit te mogen doen. Wij zijn apetrots op jullie.
Tot slot hebben we nog een prachtige vlindertuin in Lelydorp bezocht en het Fort Nieuw Amsterdam (tevens een soort openluchtmuseum).
En dan het weer: Ook in Suriname was het weer wat van slag. De temperatuur was rond 32 graden (gevoelstemperatuur rond 36 graden). Bijna iedere dag een fikse stortbui, maar dat heeft ons programma niet verstoord. De luchtvochtigheid bedroeg rond 90 %.
En ook niet te vergeten het vele lekkere eten, wat Paul voor ons heeft klaargemaakt. Het was iedere dag een feest!!
Paul, Linda en Pepijn het is ons aan niets ontbroken. Niets was voor jullie teveel om ons een onvergetelijke verblijf te bezorgen. Wij zijn echt verwend!! Wij zijn jullie daarvoor heel erg dankbaar!!
Vrijdag 25 maart zijn we met een voldaan gevoel weer huiswaarts gegaan.
Laten we zeggen…………….tot ziens !!!
Toos en Sjef,
en oma en opa van Pepijn..
vrijdag 4 maart 2011
Team De Triatleet (2)
En gisteren ook nog eens een zeer uitgebreid krantenartikel in De Ware Tijd:
De Triatleet: 100 procent Surinaams product
door Terence Oosterwolde
03/03/2011
Het begon als gein, maar het nam steeds serieuzere vormen aan. De grap heeft intussen geresulteerd in een unicum: De Triatleet is de eerste Surinaamse wielrenvereniging met een eigen tenue waarop 100 procent Surinaamse sponsoren staan.
De Triatleet vestigde zich in juli 2008 in Suriname als sportwinkel in Paramaribo Noord, die zich richt op zwemmers, fietsers en lopers (atleten). Vorig jaar vond onbewust de ‘uitbreiding’ plaats met een wielrenteam.
dWT foto / Claudio Barker
Etienne Lee Fat, Paul van Haaren, Lesley Cairo, Dimitri Mallet, Teun de Ridder en Giel van Straalen van De Triatleet na afloop van de Lelydorp-race. Deze wegwedstrijd was de eerste waarin de vrienden in vol ornaat aantraden.
Zes vrienden – Giel van Stralen, Etienne Lee Fat, Paul van Haaren, Dimitri Mallet, Lesley Cairo en Teun de Ridder – kwamen bijeen en besloten elke zondagochtend samen te rijden. Het niveau was redelijk gelijk: niemand was echt zwak, niemand echt sterk.
foto / De Triatleet
De wielrenners van De Triatleet bij de teampresentatie samen met de sponsors Bastiaan de Boer, Sheila Kort, Bernadette Agbulos, Derek Ten Jet Foei en Michel Eriks.
Omdat het steeds wat harder ging en steeds wat fanatieker werd, ontstond het idee aan wedstrijden mee te doen. “Zo zijn de jongens geïntroduceerd in het wielrennen. Eigenlijk was de (vrienden)groep er dus eerder dan het team. We hebben nooit gezegd ‘jij bent bij het team, jij bent bij het team’”, vertelt winkeleigenaar De Ridder.
Van het één kwam het ander: na een poos samen rijden, werd luidop gedacht dat er best wel een leuk shirtje bijhoort. De eerste sponsor die gestrikt werd was het ‘s Lands Hospitaal, waar één van de zes werkt. Daarna kwam het balletje aan het rollen en stonden de sponsors als het ware in de rij bij De Triatleet, die zelf ook geld in het project stopte.
Nadat De Ridder Bastiaan de Boer van Boeroe-swing wist te interesseren, kwam Sheila Kort van Health Control binnenwippen, daarna Bernadette Agbulos van B-Fit. Ook Eriks NV, Soma Apotheek en Harsons Meditech leverden een bijdrage. “Het is vrij makkelijk gegaan”, geeft De Ridder toe. Zo makkelijk dat hij enkele belangstellenden moest teleurstellen. “Op gegeven moment moesten we stoppen, omdat er geen plek meer was om de naam van bedrijven te drukken.”
Bij een oud-wielrengenoot in Nederland, ontwerper en designer van shirts en allerlei sportkleding, plaatste De Ridder zijn order. “Het voordeel van hem was de kleine oplage; hij deed het vanaf tien stuks. Bij grotere kledingmerken kan je terecht vanaf honderd en dat is voor ons niet te doen. Het is ook veel te duur.”
De Ridder nam direct twee sets voor de groep en aangezien de sponsoring zo een succes was, kregen ook de sponsors een shirtje cadeau, als waardering voor hun bijdrage. Het complete pakket bestaat uit twee fietsbroeken, twee fietsshirts, één polo voor vóór of na de wedstrijd en één loophemd, dat door Soegnie wordt gesponsord.
Van Sydney Monticeuex, de oudste wielrenner van het moment, heeft De Ridder begrepen dat het voor het eerst sinds jaren is dat er zoiets plaatsvindt. Daarom werd de tijd genomen om alles er pico bello uit te laten zien. Nu het eindresultaat er is – de teampresentatie was op 25 februari, terwijl de groep twee dagen daarna in tenue participeerde in de SWU/Lelydorp Race – hoopt een trotse De Ridder dat andere verenigingen geprikkeld worden. “Ik weet het wel zeker en hoop het ten zeerste. Voor ons was het sowieso een prestigezaak om het als eerste te hebben. Al komt nu iedereen er met één ... het doel is voor ons bereikt.” De meeste jongens rijden nu in shirts van bekende ploegen.
De Ridder wil niet te ver vooruit denken over hoe het tenue er bijvoorbeeld volgend jaar zal uitzien. “Het is begonnen als grapje en een aantal jongens zullen in de loop der jaren verdwijnen, omdat ze op projectbasis hier zijn”, verklaart hij. Mallet is er nog anderhalf tot twee jaar, Van Haaren voor drie en Van Stralen misschien nog één.
Om die reden heeft De Triatleet ook nog geen rechtspersoonlijkheid aangevraagd en zich niet echt als club ingeschreven bij de Surinaamse Wielrenunie. “We willen nu gewoon als één team rijden. Zaken als rechtspersoonlijkheid om stemrecht te krijgen, zijn nog niet aan de orde. We zijn nu gewoon een vriendengroep.”
Nieuwe leden zullen er daarom ook niet één-twee-drie bijkomen. “We zijn vrienden. De groep is geboren, nooit gevormd. We hebben nooit gezegd van ‘jij krijgt een shirtje’ of ‘wil je er één dan moet je ook komen rijden. Het is niet zo gegaan.”
Hoewel het nieuwe seizoen amper twee races oud is, is De Ridder absoluut niet ontevreden. Mallet won op 12 februari de Yellow Birds Cycling-openingsrace, terwijl De Ridder zondag als derde eindigde in de Lelydorp Race.
Bij de races zal De Triatleet als team samenwerken. “Het zou dom zijn om dat niet te doen. In het verleden is het te vaak gebleken dat er teams bestonden, maar dat er geen teamwerking was. Je had drie jongens uit één team, die alle drie de wedstrijden wilden winnen.”
Bij De Triatleet zal het anders zijn verzekert De Ridder. “Wij willen dat niet. Van tevoren zullen er teamafspraken gemaakt worden wat wel of niet gedaan zal worden. De vorm van de dag en de wedstrijd zullen daarbij belangrijk zijn.” Het voordeel van teamwerk is volgens hem dat je niet een persoonlijke overwinning hoeft te halen om als team toch te zegevieren.
Hij neemt zondag als voorbeeld toen hij goed meekon met Moses Rickets en Ziff Johnn, toen die vluchtten. “Maar het had evengoed Lesley of Dimitri kunnen zijn. Het is niet dat één man the man to beat is. Het wordt geven en nemen. Vandaag rijden de jongens voor mij, de volgende keer rij ik voor hen. Het spel van de wedstrijd, de andere renners en de persoonlijke vorm gaan bepalend zijn. Wij hopen natuurlijk dat iedereen een keer zijn mooi moment mag hebben”.-.
Met dit project is volgens Teun de Ridder aan iedereen bewezen dat het mogelijk is om sponsors te vinden. “Gezegd wordt dat sponsoring vinden in Suriname moeilijk is, maar sommige dingen hoeven ook niet makkelijk te gaan om tot succes te komen.”
De Ridder, die beide petten opheeft – hij is sporter en ondernemer – zegt dat de nafase belangrijk is. “Mensen lopen heel makkelijk binnen en vragen niet om sponsoring, maar geld. Geef je ze, dan zie je of hoor je niets meer van ze: geen resultaten, geen foto, geen bedankje, niets! Ze zijn klaar met je, terwijl het juist belangrijk is om het contact te onderhouden. Het maakt het voor sponsoren ook aantrekkelijk en natuurlijk om volgend jaar weer te zeggen ‘we doen het nog een keer’. In het ander geval niet, omdat ze niet weten wat je met het geld doet.”
De Triatleet: 100 procent Surinaams product
door Terence Oosterwolde
03/03/2011
Het begon als gein, maar het nam steeds serieuzere vormen aan. De grap heeft intussen geresulteerd in een unicum: De Triatleet is de eerste Surinaamse wielrenvereniging met een eigen tenue waarop 100 procent Surinaamse sponsoren staan.
De Triatleet vestigde zich in juli 2008 in Suriname als sportwinkel in Paramaribo Noord, die zich richt op zwemmers, fietsers en lopers (atleten). Vorig jaar vond onbewust de ‘uitbreiding’ plaats met een wielrenteam.
dWT foto / Claudio Barker
Etienne Lee Fat, Paul van Haaren, Lesley Cairo, Dimitri Mallet, Teun de Ridder en Giel van Straalen van De Triatleet na afloop van de Lelydorp-race. Deze wegwedstrijd was de eerste waarin de vrienden in vol ornaat aantraden.
Zes vrienden – Giel van Stralen, Etienne Lee Fat, Paul van Haaren, Dimitri Mallet, Lesley Cairo en Teun de Ridder – kwamen bijeen en besloten elke zondagochtend samen te rijden. Het niveau was redelijk gelijk: niemand was echt zwak, niemand echt sterk.
foto / De Triatleet
De wielrenners van De Triatleet bij de teampresentatie samen met de sponsors Bastiaan de Boer, Sheila Kort, Bernadette Agbulos, Derek Ten Jet Foei en Michel Eriks.
Omdat het steeds wat harder ging en steeds wat fanatieker werd, ontstond het idee aan wedstrijden mee te doen. “Zo zijn de jongens geïntroduceerd in het wielrennen. Eigenlijk was de (vrienden)groep er dus eerder dan het team. We hebben nooit gezegd ‘jij bent bij het team, jij bent bij het team’”, vertelt winkeleigenaar De Ridder.
Van het één kwam het ander: na een poos samen rijden, werd luidop gedacht dat er best wel een leuk shirtje bijhoort. De eerste sponsor die gestrikt werd was het ‘s Lands Hospitaal, waar één van de zes werkt. Daarna kwam het balletje aan het rollen en stonden de sponsors als het ware in de rij bij De Triatleet, die zelf ook geld in het project stopte.
Nadat De Ridder Bastiaan de Boer van Boeroe-swing wist te interesseren, kwam Sheila Kort van Health Control binnenwippen, daarna Bernadette Agbulos van B-Fit. Ook Eriks NV, Soma Apotheek en Harsons Meditech leverden een bijdrage. “Het is vrij makkelijk gegaan”, geeft De Ridder toe. Zo makkelijk dat hij enkele belangstellenden moest teleurstellen. “Op gegeven moment moesten we stoppen, omdat er geen plek meer was om de naam van bedrijven te drukken.”
Bij een oud-wielrengenoot in Nederland, ontwerper en designer van shirts en allerlei sportkleding, plaatste De Ridder zijn order. “Het voordeel van hem was de kleine oplage; hij deed het vanaf tien stuks. Bij grotere kledingmerken kan je terecht vanaf honderd en dat is voor ons niet te doen. Het is ook veel te duur.”
De Ridder nam direct twee sets voor de groep en aangezien de sponsoring zo een succes was, kregen ook de sponsors een shirtje cadeau, als waardering voor hun bijdrage. Het complete pakket bestaat uit twee fietsbroeken, twee fietsshirts, één polo voor vóór of na de wedstrijd en één loophemd, dat door Soegnie wordt gesponsord.
Van Sydney Monticeuex, de oudste wielrenner van het moment, heeft De Ridder begrepen dat het voor het eerst sinds jaren is dat er zoiets plaatsvindt. Daarom werd de tijd genomen om alles er pico bello uit te laten zien. Nu het eindresultaat er is – de teampresentatie was op 25 februari, terwijl de groep twee dagen daarna in tenue participeerde in de SWU/Lelydorp Race – hoopt een trotse De Ridder dat andere verenigingen geprikkeld worden. “Ik weet het wel zeker en hoop het ten zeerste. Voor ons was het sowieso een prestigezaak om het als eerste te hebben. Al komt nu iedereen er met één ... het doel is voor ons bereikt.” De meeste jongens rijden nu in shirts van bekende ploegen.
De Ridder wil niet te ver vooruit denken over hoe het tenue er bijvoorbeeld volgend jaar zal uitzien. “Het is begonnen als grapje en een aantal jongens zullen in de loop der jaren verdwijnen, omdat ze op projectbasis hier zijn”, verklaart hij. Mallet is er nog anderhalf tot twee jaar, Van Haaren voor drie en Van Stralen misschien nog één.
Om die reden heeft De Triatleet ook nog geen rechtspersoonlijkheid aangevraagd en zich niet echt als club ingeschreven bij de Surinaamse Wielrenunie. “We willen nu gewoon als één team rijden. Zaken als rechtspersoonlijkheid om stemrecht te krijgen, zijn nog niet aan de orde. We zijn nu gewoon een vriendengroep.”
Nieuwe leden zullen er daarom ook niet één-twee-drie bijkomen. “We zijn vrienden. De groep is geboren, nooit gevormd. We hebben nooit gezegd van ‘jij krijgt een shirtje’ of ‘wil je er één dan moet je ook komen rijden. Het is niet zo gegaan.”
Hoewel het nieuwe seizoen amper twee races oud is, is De Ridder absoluut niet ontevreden. Mallet won op 12 februari de Yellow Birds Cycling-openingsrace, terwijl De Ridder zondag als derde eindigde in de Lelydorp Race.
Bij de races zal De Triatleet als team samenwerken. “Het zou dom zijn om dat niet te doen. In het verleden is het te vaak gebleken dat er teams bestonden, maar dat er geen teamwerking was. Je had drie jongens uit één team, die alle drie de wedstrijden wilden winnen.”
Bij De Triatleet zal het anders zijn verzekert De Ridder. “Wij willen dat niet. Van tevoren zullen er teamafspraken gemaakt worden wat wel of niet gedaan zal worden. De vorm van de dag en de wedstrijd zullen daarbij belangrijk zijn.” Het voordeel van teamwerk is volgens hem dat je niet een persoonlijke overwinning hoeft te halen om als team toch te zegevieren.
Hij neemt zondag als voorbeeld toen hij goed meekon met Moses Rickets en Ziff Johnn, toen die vluchtten. “Maar het had evengoed Lesley of Dimitri kunnen zijn. Het is niet dat één man the man to beat is. Het wordt geven en nemen. Vandaag rijden de jongens voor mij, de volgende keer rij ik voor hen. Het spel van de wedstrijd, de andere renners en de persoonlijke vorm gaan bepalend zijn. Wij hopen natuurlijk dat iedereen een keer zijn mooi moment mag hebben”.-.
Met dit project is volgens Teun de Ridder aan iedereen bewezen dat het mogelijk is om sponsors te vinden. “Gezegd wordt dat sponsoring vinden in Suriname moeilijk is, maar sommige dingen hoeven ook niet makkelijk te gaan om tot succes te komen.”
De Ridder, die beide petten opheeft – hij is sporter en ondernemer – zegt dat de nafase belangrijk is. “Mensen lopen heel makkelijk binnen en vragen niet om sponsoring, maar geld. Geef je ze, dan zie je of hoor je niets meer van ze: geen resultaten, geen foto, geen bedankje, niets! Ze zijn klaar met je, terwijl het juist belangrijk is om het contact te onderhouden. Het maakt het voor sponsoren ook aantrekkelijk en natuurlijk om volgend jaar weer te zeggen ‘we doen het nog een keer’. In het ander geval niet, omdat ze niet weten wat je met het geld doet.”
woensdag 2 maart 2011
Team De Triatleet
Vlnr: Dimitri Mallet, Teun de Ridder, Lesley Cairo, Dereck Ten Jet Foei, Paul van Haaren, Giel van Stralen, Etienne Lee Fat.
Afgelopen vrijdag was het zover, de presentatie van ons wieler- (en triathlon-) team: Team De Triatleet, genoemd naar de hoofdsponsor De Triatleet. In aanwezigheid van de Surinaamse Wielren Unie, de pers en onze sponsors werden de atleten voorgesteld en voor het eerst ons eigen splinternieuwe, speciaal ontworpen wielertenue getoond. Het is een prachtig tenue geworden met alle logo’s van de sponsors fraai in beeld. Bij deze nogmaals hartelijk dank aan onze sponsors: De Triatleet, B-Fit, Boeroeswing, Eriks NV, Health Control, ’s Lands Hospitaal, Harsons Meditech en Soma Pharma.
Team De Triatleet bestaat uit de atleten Lesley Cairo, Teun de Ridder, Dimitri Mallet, Paul van Haaren, Giel van Stralen en Etienne Lee Fat en onze volgauto wordt bestuurd door Dereck Ten Jet Foei.
Team De Triatleet en sponsors.
Zondag reden we de eerste wielerwedstrijd in het nieuwe tenue, de Jan Sodikromo Race te Lelydorp. De eerste race van het seizoen , de Yellow Birds Veryari Race, was reeds gewonnen door ons teamlid Dimitri Mallet (toen nog zonder de wielertenues). Ook nu was er weer succes voor Team de Triatleet, met een prachtige podiumplaats (3e) voor Teun de Ridder.
Podium Jan Sodikromo Race Lelydorp: Ziff Johnn (2e), Moses Rickets (1e), Teun de Ridder (3e).
Afgelopen vrijdag was het zover, de presentatie van ons wieler- (en triathlon-) team: Team De Triatleet, genoemd naar de hoofdsponsor De Triatleet. In aanwezigheid van de Surinaamse Wielren Unie, de pers en onze sponsors werden de atleten voorgesteld en voor het eerst ons eigen splinternieuwe, speciaal ontworpen wielertenue getoond. Het is een prachtig tenue geworden met alle logo’s van de sponsors fraai in beeld. Bij deze nogmaals hartelijk dank aan onze sponsors: De Triatleet, B-Fit, Boeroeswing, Eriks NV, Health Control, ’s Lands Hospitaal, Harsons Meditech en Soma Pharma.
Team De Triatleet bestaat uit de atleten Lesley Cairo, Teun de Ridder, Dimitri Mallet, Paul van Haaren, Giel van Stralen en Etienne Lee Fat en onze volgauto wordt bestuurd door Dereck Ten Jet Foei.
Team De Triatleet en sponsors.
Zondag reden we de eerste wielerwedstrijd in het nieuwe tenue, de Jan Sodikromo Race te Lelydorp. De eerste race van het seizoen , de Yellow Birds Veryari Race, was reeds gewonnen door ons teamlid Dimitri Mallet (toen nog zonder de wielertenues). Ook nu was er weer succes voor Team de Triatleet, met een prachtige podiumplaats (3e) voor Teun de Ridder.
Podium Jan Sodikromo Race Lelydorp: Ziff Johnn (2e), Moses Rickets (1e), Teun de Ridder (3e).
maandag 7 februari 2011
Kerstmis in Berg&Dal, Oudjaar in Par’bo, vakantie in Nederland
Het is alweer even geleden dat we een berichtje op de weblog hebben gepost. Hierbij een update over de afgelopen weken.
Kerstmis hebben we doorgebracht op Berg&Dal, een luxe eco-resort aan de Suriname rivier. We hadden een prachtige lodge op hoge palen, waar we het gevoel hadden tussen de boomtoppen te zitten. En op eerste kerstdag werd er een heerlijk 5-gangen diner geserveerd in het restaurant aan de rivier.
Het unieke aan Berg&Dal is, dat er ook een adventure center is, waar je allerlei avontuurlijke dingen kunt doen. Wij hebben de “canopy” gedaan: al zwevend aan een kabelbaan systeem van hoog verheven kabels en platformen, scheurt u tussen de boomtoppen door en voelt u zich als de koning of koningin van het oerwoud (quote site bergendal). Een spectaculaire tocht met als hoogtepunt een kabelbaan van 220m over de Suriname rivier!
Terug in Paramaribo kwamen we in een soort oorlogsgebied terecht………Vanaf 23 december mag men hier vuurwerk afsteken, en dat werd al volop gedaan. Vooral zwaar vuurwerk met gigantische knallen, maar ook heel mooi professioneel vuurwerk. Na een week van harde knallen (ook midden in de nacht) waren we het onderhand wel zat, en toen moest oud- en nieuw nog beginnen…..Op oudjaarsdag was het nog veel erger, en we merkten niet eens wanneer het 12 uur ’s nachts was. Inmiddels was de stad gehuld in dikke rookgordijnen. Om 12 uur ’s nachts steekt iedereen zijn eigen pagara (1000-klapper) af bij huis om het feest compleet te maken. Het was zeer indrukwekkend om een keer mee te maken. Overigens is Pepijn overal doorheen geslapen…..
Vervolgens zijn we in januari twee weken naar Nederland gegaan, voor een korte vakantie. Het was erg leuk om weer even terug te zijn, de familie weer te zien en bij vrienden langs te gaan. Uiteraard hadden we tijd tekort om iedereen weer te zien. Het was wel even wennen om weer in de kou te zijn (al viel het met 10 graden nog wel mee). Vooral Pepijn voelde zich af en toe net een mummie met al zijn dikke kleren aan. Jammer genoeg was er bijna geen sneeuw meer, maar wel hoog water in de Maas en de IJssel (ook mooi!).
Kerstmis hebben we doorgebracht op Berg&Dal, een luxe eco-resort aan de Suriname rivier. We hadden een prachtige lodge op hoge palen, waar we het gevoel hadden tussen de boomtoppen te zitten. En op eerste kerstdag werd er een heerlijk 5-gangen diner geserveerd in het restaurant aan de rivier.
Het unieke aan Berg&Dal is, dat er ook een adventure center is, waar je allerlei avontuurlijke dingen kunt doen. Wij hebben de “canopy” gedaan: al zwevend aan een kabelbaan systeem van hoog verheven kabels en platformen, scheurt u tussen de boomtoppen door en voelt u zich als de koning of koningin van het oerwoud (quote site bergendal). Een spectaculaire tocht met als hoogtepunt een kabelbaan van 220m over de Suriname rivier!
Terug in Paramaribo kwamen we in een soort oorlogsgebied terecht………Vanaf 23 december mag men hier vuurwerk afsteken, en dat werd al volop gedaan. Vooral zwaar vuurwerk met gigantische knallen, maar ook heel mooi professioneel vuurwerk. Na een week van harde knallen (ook midden in de nacht) waren we het onderhand wel zat, en toen moest oud- en nieuw nog beginnen…..Op oudjaarsdag was het nog veel erger, en we merkten niet eens wanneer het 12 uur ’s nachts was. Inmiddels was de stad gehuld in dikke rookgordijnen. Om 12 uur ’s nachts steekt iedereen zijn eigen pagara (1000-klapper) af bij huis om het feest compleet te maken. Het was zeer indrukwekkend om een keer mee te maken. Overigens is Pepijn overal doorheen geslapen…..
Vervolgens zijn we in januari twee weken naar Nederland gegaan, voor een korte vakantie. Het was erg leuk om weer even terug te zijn, de familie weer te zien en bij vrienden langs te gaan. Uiteraard hadden we tijd tekort om iedereen weer te zien. Het was wel even wennen om weer in de kou te zijn (al viel het met 10 graden nog wel mee). Vooral Pepijn voelde zich af en toe net een mummie met al zijn dikke kleren aan. Jammer genoeg was er bijna geen sneeuw meer, maar wel hoog water in de Maas en de IJssel (ook mooi!).
Abonneren op:
Posts (Atom)